De toepasselijke woorden op de Facebookpagina van Edwin Keizer na het overlijden van zijn vader en (wereld)beroemd scheidsrechter Jan Keizer. Wanneer we het in Volendam over voetbal hebben, gaat het vooral over internationals als Gerrie & Arnold Mühren, Pier Tol, Keje Molenaar Wim Jonk en uiteraard Joey Veerman, maar de carrière van meneer Keizer doet hier absoluut niet voor onder.
Aangezien ik zoon Johan tot een van mijn meest dierbare vrienden reken, ben ik meneer Keizer gedurende mijn leven regelmatig tegen het lijf gelopen. Altijd oprecht geïnteresseerd in hoe het met me ging en met de familie. Altijd in voor een gezellig praatje en nooit te beroerd om een mooie anekdote te delen als ik daarnaar vroeg.
En daar had hij er nogal wat van. Over de grootsten der aarde wanneer het op voetbal aankomt. Namen als Cruijff en Maradona passeerden de revue alsof het niets voorstelde. Hij floot liefst 386 wedstrijden in het Nederlands betaald voetbal en ook internationaal stond hij zijn mannetje. Zo was hij als scheidsrechter actief op het EK van 1984 en de Olympische Spelen van dat jaar waar hij zelfs de finale floot. Iets wat hij als een van de hoogtepunten uit zijn carrière bestempelde. Ook floot hij op het WK van 1986. Het WK van de ‘hand van god’ van Maradona en van meneer Keizer dus.
Waar voetballers worden geëerd met standbeelden, valt er voor scheidsrechters minder eer te behalen. Terwijl we als Volendam toch echt ontzettend trots kunnen zijn op hetgeen meneer Keizer heeft gepresteerd. Iets wat ook wordt onderschreven door de FIFA die hem in 2001 eert met de Referees’ Special Award vanwege zijn uitzonderlijke staat van dienst als scheidsrechter en zijn betrokkenheid bij de arbitrage.
Ik zal hier geen oproep doen voor een standbeeld, maar ik neem mijn petje wel af voor de ongelooflijke carrière van de flamboyante persoon en scheidsrechter meneer Keizer en maak een diepe buiging.